Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 20014e druk/1e druk: 1953 [643 blz. ISBN 90.74310.77.X]. Hierin "Traptoren": blz. 467
- Viollet-le-Duc, M, Dictionnaire Raisonné de l'Architecture Française du XIe au XVIe Siècle, Tome neuvième (TAB-ZOD). Paris (A. Morel), 1868. [554 blz. ISBN -]. Hierin "Tourelle": blz. 189-195
- Naturstein-Lexikon. Für Handwerk und Industrie. Werkstoff, Werkzeuge und Maschinen, Wirtschaft und Handel, Gestaltung und Techniken von der Antike bis heute. Redactie: Günther Mehling. München (Callwey), 1993 4e druk/1e druk 1981. [668 blz. ISBN 3.7667.1054.0]. Hierin "Treppenturm": blz. 601 (hierbij wordt ook de stenen wenteltrap besproken, ook 'Wendelstein'. De 'Mittelpfosten' heet 'Spindel', ook wel 'Mönch' genoemd. Zonder vaste 'Spindel' spreekt men van 'hohle Spindel' of 'hohler Mönch')